donderdag 2 september 2010

LITERAIR 2011

De schrijverscarrière van Geerten Meijsing is recent een onverwachte zijweg ingeslagen. De auteur die ooit begon met het compromisloze en hermetische Erwin, later water bij de wijn deed en naar zijn eigen idee ‘gemakkelijke’ romans schreef voor roem en geld die bij nader inzien dat pragmatische doel voorbijschoten en misschien wel zijn beste werk vormen: een ideaal huwelijk van literaire verworvenheid en toegankelijkheid, - diezelfde schrijver heeft een scheurkalender gepubliceerd.
Schrik niet: de kalender heet ‘Literair 2011, een reis door mijn boekenkast’ en is in scheurkalenderland net zo’n buitenbeentje als Meijsings boeken dat waren in het fletse letterenlandschap van de laatste decennia van de vorige eeuw.

Een korte verantwoording is hier op zijn plaats. De kalender heet ‘Een reis door mijn boekenkast’. Dat is dan een virtuele boekenkast geweest, want mijn boeken staan elders, ver weg, en ik heb hier slechts wat werkboeken bij de hand. Daardoor zijn er omissies voor wat misschien een ‘ideale kalender’ had kunnen worden – al is die boekenkast natuurlijk veel groter dan de 365 dagen die het jaar telt. Het spijt mij voor de lievelingsschrijvers die ik gemist heb. Mijn hart is groot en daar is echt voor meer dan één liefde plaats.


U begrijpt het al. Meijsing streefde in zijn nooit falende ambitie naar de ‘ideale kalender’, en is dat doel nabij gekomen, al heeft hij het door omstandigheden niet helemaal kunnen bereiken. Van een auteur van Meijsings statuur hoeft u immers geen leesvoer voor op de wc te verwachten: de blaadjes laat u het best onafgescheurd, want deze kalender nodigt uit tot herlezen en genoeglijk ‘bladerlezen’.
Meijsing citeert uit onverwachte bronnen, en doet dat zoals we van hem gewend zijn met veel voetnoten, kruisverwijzingen, verdichtsels, toespelingen en onderonsjes. We krijgen naast passages uit favoriete ‘grote’ romans fragmenten voorgeschoteld (alles door Meijsing vertaald) van hier te lande volledig onbekende Italiaanse schrijvers, en verwerven en passant inzicht in zijn definitie van de term ‘literair’: naast Plato, Papini, Rolfe en Stendhal moeten we daaronder ook Hergé en Willy van der Heide verstaan. En wat te denken van dit lemma?:

Zondag 5 maart

Venetiaanse brieven


[telegram]

Venetië, 5 maart 1910

Dakloos zonder cent telegrafeer bedrag Engelse Consul Rolfe.

Frederick Rolfe

Als ‘Literair 2011, een reis door mijn boekenkast’ niet een tweede leven krijgt als reguliere bloemlezing, wordt de door Interstat uitgegeven kalender zonder enige twijfel een collectors item.

Jan-Paul van Spaendonck

8 opmerkingen:

  1. Naar mijn weten in elk geval bij alle vestigingen van de AKO, en verder bij de boekhandels die aan 'de betere' scheurkalender doen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. 27 april is zo'n 'herleesdag'...tot het boek er is!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Nu heb ik me enorm verheugd op deze kalender. Helaas, hij is niet te lezen. Zelfs met leesbril op, zijn de lettertjes veel en veel te klein. Hoe kan een beetje uitgever dit drukken???

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Gezien het standaardformaat van een scheurkalender en de lengte van de door Meijsing aangeleverde teksten had de uitgever geen keus. Er zal ten burele wel veel gemopperd zijn, maar het was dit, of niks.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Ik geniet van de kalender. Mooie citaten, interessante schrijvers. Op 3 februari een citaat uit 'What Does and Doesn't Happen' van Javier Marias. Ik kom exact hetzelfde citaat ook elders tegen op het internet, maar kan de lezing zelf nergens vinden. Weet iemand of het is gepubliceerd? Ik zou het graag in zijn geheel lezen! Bij voorbaat dank voor de juiste tip! Met vriendelijke groet, Edwin

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Geerten Meijsing8 februari 2011 om 21:11

    Beste Edwin,
    Ik heb het citaat uit een aanstekelijke bespreking van Marias' werk, voor zover beschikbaar in de Engelse vertalingen van Margaret Jull Costa, door Benjamin Kunkel in de 'London Review of Books' van 3 december 2009, onder de titel 'Lingering and Loitering.' In een voetnoot bij dat stuk schrijft Kunkel dat hij het citaat uit de lezing 'What Does and Doesn't Happen' zelf heeft vertaald uit het Spaans, en waarschijnlijk minder goed dan Jull Costa dat gedaan zou hebben. De lezing is volgens hem niet in het Engels gepubliceerd. Hij vermeldt er niet bij waar die lezing in het Spaans gehouden of gepubliceerd is. Waarschijnlijk, denk ik, in de periode dat hij in Oxford doceerde, van 1983 tot 1985; maar waarom die lezing, over de romanvorm vanaf Cervantes, daar niet in het Engels gehouden zou zijn, is mij een raadsel, temeer daar Javier gedeelte van zijn jeugd in de U.S.A heeft doorgebracht, toen zijn vader daar doceerde aan verschillende universiteiten, en daar Javier een voornaam vertaler is van de grootste Engelstalige auteurs.
    In Nederlandse vertaling wordt de laatste trilogie van deze gevierde schrijver door Meulenhoff uitgegeven.
    Ik ken zijn werk alleen van de Engelse vertalingen.
    Het citaat dat u op Internet hebt gevonden verwijst naar ditzelfde artikel van Benjamin Kunkel. Zo is de cirkel rond, en kan ik u helaas niet verder helpen. Misschien is het een idee om Benjamin Kunkel zelf aan te schrijven via de London Review of Books.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Beste Geerten,
    veel dank!
    Edwin

    BeantwoordenVerwijderen